Zaterdag
Om kwart voor 8 reden we weg uit een mistig en regenachtig Ithaca, richting Newark. Onderweg klaarde het langzaam op en werd het gedeeltelijk zonnig. Alleen Niels en Tim gingen mee; Bart bleeft thuis.
We zijn een paar keer gestopt onderweg, onder andere bij de rustplaats bij Delaware Water Gap. Hier loopt het Appalachian trail, en we zagen er verschillende wandelaars bepakt en bezakt. De rivier is mooi, en er waren een boel mensen die gingen kanoen. Een stuk AppalachianTrail (dat van Maine tot Georgia loopt) lopen en de Delaware rivier kanoen staan nog op mijn te doen lijst.
Het was druk op de weg vanwege het lange Memorial Day weekend, maar niet extreem druk. We zagen alleen een paar files aan de andere kant van de weg.
Om half een kwamen we bij het vliegveld aan, terwijl het vliegtuig om 12 uur geland was. We maken er wel een gewoonte van de laatste tijd om te laat te komen.
Micky liet me uit de auto bij de aankomsthal, en hij ging een plaatsje zoeken voor de auto. Toen ik naar binnen liep botste ik zowat tegen moeder aan. Ze waren al heel snel door de douane gekomen, maar hadden gelukkig maar een paar minuten op ons hoeven te wachten. Het was een leuk weerzien.
We zijn naar een hotel in Parsipanny gegaan, een Staybridge Inn. Nog even een probleempje met inchecken, want ze hadden onze reservering niet. Na een paar telefoontjes was het opgelost. Het is een splinternieuw hotel, en we hadden een suite. Heel erg luxe voor onze doen, met 2 slaapkamers, en een huiskamertje met keukentje. En het mooiste was dat het gratis was van onze opgespaarde hotelpunten.
We hebben het rustig aan gedaan, wat kletsen, wat gewandeld, en Niels heeft even gezwommen. Dat hield hij snel voor gezien, omdat hij het zwembad maar vies vond. Er hadden de hele dag al kinderen ingezeten, en omdat hij deze keer zijn zwembrilletje bij zich had kon hij alles in het water zien drijven.
Pa en ma gingen vroeg slapen, en dat voorbeeld hebben wij snel daarna ook maar gevolgd.
Zaterdag
Ik was al om 6 uur wakker, maar dacht dat het 7 uur was en stond op. Pa en ma waren ook al wakker en we zijn samen gaan ontbijten, en daarna weer een stuk gewandeld. Het was heel mooi weer, en zeker voor hun, komend uit een koud en nat Nederland. Weer terug bij het hotel hebben we de rest uit bed getrommeld, ze hebben gegeten en om half 10 zaten we weer in de auto richting naar huis.
Na een tijd was ik in slaap gedoezeld en werd wakker toen Micky stopte en zei of ik wilde gaan kijken of die mensen hulp nodig hadden. Wat, huh, wie? Hij was bij een ongeluk gestopt, er stond een auto dwars op de rechterrijbaan van de autoweg. Ik greep het eerste hulp kistje en vader en ik liepen er naar toe. Ik zag dat de mensen al uit de auto gestapt waren, dus het viel wel mee. Ze hadden niks meegekregen. De voorkant van hun auto zat helemaal in elkaar; ze waren uitgeweken voor een hert dat over de weg sprong, maar waren daardoor de macht over het stuur verloren en tegen de vangrail geknald. De man probeerde de auto te starten, wat ook nog lukte, om hem maar snel van de weg te halen. Levensgevaarlijk om zo dwars te blijven staan. Maar goed dat het voor hun zo was afgelopen, balen van hun auto, maar het had ook erger kunnen zijn.
Het deed me wel goed dat er meerdere mensen stopten om te kijken of ze konden helpen.
Vader heeft daarna eens dode herten geteld langs de weg, hij telde er 8 op een stuk van zo’n 100 mijl.
Standaard stoppen we bij de Flying J, een grote truckstop en de laatste in Pennsylvania voordat we New York in rijden. Deze keer ook weer, en het is telkens weer verbazend hoeveel goedkoper de benzine hier is vergeleken met New York, vanwege hogere belastingen. Hier was het vandaag $2.73, terwijl bij ons $2.98 op het moment. Daar werd de tank dus nog gauw een keer vol gegooid.
Thuis gekomen stond Biego met een schorre stem ons blaffend te verwelkomen. Later hoorden we het verhaal van Bart; hij had vannacht zitten janken en blaffen, iets dat hij normaal nooit doet als er iemand thuis is. Hij is wel helemaal uit zijn routine geweest dat we niet allemaal thuis waren. Bart heeft hem uiteindelijk maar op zijn kamer laten slapen, maar hij heeft Bart toch wel een paar keer wakker gemaakt. We hebben een aardig neurotische hond!
De rupsenplaag heeft zich aardig uitgebreidt! Als we een dag later terug waren gekomen zou ons huis 1 grote cocon zijn geweest. Honderden rupsen die overal tegen het huis op klommen, brrr. Met sterk zeepsop hebben we ze bespoten, ik had eens gelezen dat ze daar niet tegen kunnen, en het werkte ook nog. Het is ze letterlijk om zeep helpen dus.
Vanmiddag hebben we lekker genoten van het mooie weer, en gebarbequed. Ik hoop dat het in Nederland ook snel beter weer zal worden.