Woensdag
We zijn weer goed thuis gekomen, goed gaar na een rit van 11 uur. Het reisverhaaltje zal ik maar in stukken vertellen, anders wordt het te lang. Dus hier is woensdag, vanuit Cleveland naar Grand Rapids.
Vandaag ging de reis weer verder. Eerst nog een stuk door Ohio, wat me zo terug doet denken aan Indiana. Vlak, met veel mais en sojabonenvelden en de grote rode en witte schuren bij de her en der verspreidt liggende boerderijen.
Dan rijden we Michigan in, langs Detroit, richting noordwaarts. We wilden onderweg wat doen, dus we besluiten een kijkje te nemen bij Brighton Recreational Area. Het ligt nog bedriegelijk ver van de autoweg. Alles lijkt altijd dichterbij op de kaart. Na zo'n 20 mijl van binnenwegen komen we er aan. Het is een meertje met een strandje, maar het trekt de jongens toch niet zo erg. Jammer, dan hebben we dat stuk voor niks gereden. We draaien ons om, terug over een stuk enorme hobbelweg met richels. Zelfs met 10 mijl per uur worden we door elkaar geschud. Na een kort stuk komen we weer op de verharde weg, en dan.... kapt de auto ermee. Opeens niks. Er gebeurd niks als Micky de gaspedaal intrapt. De motor is afgeslagen. "I think we are in trouble" zegt hij. Dat is net zo'n uitspraak als toen de Challenger explodeerde "we have a major malfunction." Ok, misschien nog niet zo erg.
Daar staan we dan, langs een stoffige hete weg. Een paar keer proberen te herstarten, het werkt niet. De startmotor doet het, maar hij slaat niet aan. Er zit niks anders op dan AAA te bellen (de versie van de wegenwacht hier). Maar waar zitten we eigenlijk precies. Micky loopt naar de dichtsbijzijnde kruising zodat hij de straatnamen door kan geven, en terwijl hij aan het bellen is komt er een jongeman aanlopen. Zijn vrouw komt even later ook met de auto en haar kind en hondje. Het is Nick, en hij is automonteur. Hij kijkt, checked een paar dingen, maar kan ook niks doen. Hij denkt dat de brandstofpomp is, waarschijnlijk is er op de hobbelweg iets losgerammeld.
De sleepwagen is al onderweg, en Nick adviseert ons Spartan Tire, belt hun, en geeft ons wat nummers om door te geven. Dit is waar hij werkt.
Muddles heeft ondertussen met het hondje van Nick kennisgemaakt, maar daarna ga ik toch ergens in het gras in de schaduw zitten. Het is snikheet!
We bedanken Nick voor zijn hulp, hij is de enige die gestopt is van al de mensen die langsrijden. Micky geeft hem een fooi die hij niet wil aannemen, maar Micky zegt dat zijn familie in de auto heeft zitten wachten, hij verdient het. Dan neemt hij het aan.
Ondertussen heb ik al een taxi gebeld, want we kunnen niet allemaal in de sleepwagen mee. Die komt aan, en als we zeggen waar hij naartoe moet zet de Don de sleepwagenman "o nee, dat moet je niet doen". Hij heeft ze automotors zien vernielen zegt hij. Corky's is veel beter, daar kun je beter naartoe gaan. Nou dan, wat doe je dan? Het wordt Corky's. Voordat hij de auto oplaadt probeerd hij nog een keer te starten. Hij start. WAT? Het is net zoiets als waar je een kind naar de dokter brengt omdat ze hoesten en zo gauw ze bij de dokter zijn, zijn ze beter. Maar voor hoelang zal het goed gaan, dus we stappen allemaal in en volgen de sleepwagen naar Corky's. De taxi bel ik af, die zijn duidelijk niet blij want hij was er bijna. Dat was een ritje voor niks voor hun.
Klaar om weg te slepen.
Nog even proberen een keer te starten.
Corky's blijkt een kleine garage in Brighton te zijn. Op zich ziet het er goed uit, en we hopen er maar het beste van. De auto moet daar blijven, en hopelijk zullen ze morgenvroeg weten wat er mis mee is. We gaan op zoek naar een huurauto, waar iemand van de garage ons goed mee helpt door wat verhuurplaatsen te bellen. De man van Enterprise rental maakt het wel bond: hij moet even buiten gaan kijken of ze auto's hebben. Nee, ze hebben er geen. Als je een verhuurbedrijf bent weet je dat toch wel? De volgende plek geeft wat meer geluk, en heeft een auto. Het is een dealer, en we kunnen een minivan hebben voor een dag. Gelukkig, daar kunnen onze spullen tenminste in. Honden mogen niet, maar we kunnen Muddles slecht achterlaten, dan maar stiekum.
We zijn ondertussen kleddernat bezweet, en proberen genoeg water te drinken. Het is 98F, en we proberen zoveel mogelijk in de schaduw te blijven. Binnen in het kantoortje van de garage staat niet eens een ventilator, laat staan een airconditioner.
We laden onze spullen over naar de minivan en rijden verder richting Grand Rapids, waar we anderhalf uur over doen. Daar zoeken we ons hotel op en een frisse douche.
's Avonds gaan we naar Richard en familie. We hebben geen probleem om in de straat te zien welk huis Richard woont. Dat is het huis met de hoge glijbaan onder constructie.
Niet zomaar een glijbaan, maar eentje met een looping, en rechts zie je een tweede glijbaan, waar iemand tegelijk omlaag gaat en door dat gat vliegt. Als ik later een tour krijg van een van Richard's vrienden legt hij me uit hoe het allemaal gebouwd is. Blijkbaar weten ze toch wel het een en ander van wiskunde, en ze hebben hun berekeningen gedaan, maar het lijkt me nog altijd iets wat onder het genot van een fles rum bekokstoofd is.
De familie uit San Francisco is er ook, en het is een leuk weerzien.
Ik ben weg van de grote boom die in de tuin staat. De binnenste takken zijn weggezaagd, en als je eronder zit is het net een kamer. Boven in de boom zit een boomhut.
Er staat zelfs een bar in en koelkast met tap.
Er zijn lichtjes opgehangen, en zelfs een kroonluchter.
Vanuit een andere boom is een zip line gespannen die Ryan wel eens uit wil proberen.
Op het eind moet je er snel vanaf springen om niet tegen een andere boom aan te knallen.
Vandaag ging de reis weer verder. Eerst nog een stuk door Ohio, wat me zo terug doet denken aan Indiana. Vlak, met veel mais en sojabonenvelden en de grote rode en witte schuren bij de her en der verspreidt liggende boerderijen.
Dan rijden we Michigan in, langs Detroit, richting noordwaarts. We wilden onderweg wat doen, dus we besluiten een kijkje te nemen bij Brighton Recreational Area. Het ligt nog bedriegelijk ver van de autoweg. Alles lijkt altijd dichterbij op de kaart. Na zo'n 20 mijl van binnenwegen komen we er aan. Het is een meertje met een strandje, maar het trekt de jongens toch niet zo erg. Jammer, dan hebben we dat stuk voor niks gereden. We draaien ons om, terug over een stuk enorme hobbelweg met richels. Zelfs met 10 mijl per uur worden we door elkaar geschud. Na een kort stuk komen we weer op de verharde weg, en dan.... kapt de auto ermee. Opeens niks. Er gebeurd niks als Micky de gaspedaal intrapt. De motor is afgeslagen. "I think we are in trouble" zegt hij. Dat is net zo'n uitspraak als toen de Challenger explodeerde "we have a major malfunction." Ok, misschien nog niet zo erg.
Daar staan we dan, langs een stoffige hete weg. Een paar keer proberen te herstarten, het werkt niet. De startmotor doet het, maar hij slaat niet aan. Er zit niks anders op dan AAA te bellen (de versie van de wegenwacht hier). Maar waar zitten we eigenlijk precies. Micky loopt naar de dichtsbijzijnde kruising zodat hij de straatnamen door kan geven, en terwijl hij aan het bellen is komt er een jongeman aanlopen. Zijn vrouw komt even later ook met de auto en haar kind en hondje. Het is Nick, en hij is automonteur. Hij kijkt, checked een paar dingen, maar kan ook niks doen. Hij denkt dat de brandstofpomp is, waarschijnlijk is er op de hobbelweg iets losgerammeld.
De sleepwagen is al onderweg, en Nick adviseert ons Spartan Tire, belt hun, en geeft ons wat nummers om door te geven. Dit is waar hij werkt.
Muddles heeft ondertussen met het hondje van Nick kennisgemaakt, maar daarna ga ik toch ergens in het gras in de schaduw zitten. Het is snikheet!
We bedanken Nick voor zijn hulp, hij is de enige die gestopt is van al de mensen die langsrijden. Micky geeft hem een fooi die hij niet wil aannemen, maar Micky zegt dat zijn familie in de auto heeft zitten wachten, hij verdient het. Dan neemt hij het aan.
Ondertussen heb ik al een taxi gebeld, want we kunnen niet allemaal in de sleepwagen mee. Die komt aan, en als we zeggen waar hij naartoe moet zet de Don de sleepwagenman "o nee, dat moet je niet doen". Hij heeft ze automotors zien vernielen zegt hij. Corky's is veel beter, daar kun je beter naartoe gaan. Nou dan, wat doe je dan? Het wordt Corky's. Voordat hij de auto oplaadt probeerd hij nog een keer te starten. Hij start. WAT? Het is net zoiets als waar je een kind naar de dokter brengt omdat ze hoesten en zo gauw ze bij de dokter zijn, zijn ze beter. Maar voor hoelang zal het goed gaan, dus we stappen allemaal in en volgen de sleepwagen naar Corky's. De taxi bel ik af, die zijn duidelijk niet blij want hij was er bijna. Dat was een ritje voor niks voor hun.
Klaar om weg te slepen.
Nog even proberen een keer te starten.
Corky's blijkt een kleine garage in Brighton te zijn. Op zich ziet het er goed uit, en we hopen er maar het beste van. De auto moet daar blijven, en hopelijk zullen ze morgenvroeg weten wat er mis mee is. We gaan op zoek naar een huurauto, waar iemand van de garage ons goed mee helpt door wat verhuurplaatsen te bellen. De man van Enterprise rental maakt het wel bond: hij moet even buiten gaan kijken of ze auto's hebben. Nee, ze hebben er geen. Als je een verhuurbedrijf bent weet je dat toch wel? De volgende plek geeft wat meer geluk, en heeft een auto. Het is een dealer, en we kunnen een minivan hebben voor een dag. Gelukkig, daar kunnen onze spullen tenminste in. Honden mogen niet, maar we kunnen Muddles slecht achterlaten, dan maar stiekum.
We zijn ondertussen kleddernat bezweet, en proberen genoeg water te drinken. Het is 98F, en we proberen zoveel mogelijk in de schaduw te blijven. Binnen in het kantoortje van de garage staat niet eens een ventilator, laat staan een airconditioner.
We laden onze spullen over naar de minivan en rijden verder richting Grand Rapids, waar we anderhalf uur over doen. Daar zoeken we ons hotel op en een frisse douche.
's Avonds gaan we naar Richard en familie. We hebben geen probleem om in de straat te zien welk huis Richard woont. Dat is het huis met de hoge glijbaan onder constructie.
Niet zomaar een glijbaan, maar eentje met een looping, en rechts zie je een tweede glijbaan, waar iemand tegelijk omlaag gaat en door dat gat vliegt. Als ik later een tour krijg van een van Richard's vrienden legt hij me uit hoe het allemaal gebouwd is. Blijkbaar weten ze toch wel het een en ander van wiskunde, en ze hebben hun berekeningen gedaan, maar het lijkt me nog altijd iets wat onder het genot van een fles rum bekokstoofd is.
De familie uit San Francisco is er ook, en het is een leuk weerzien.
Ik ben weg van de grote boom die in de tuin staat. De binnenste takken zijn weggezaagd, en als je eronder zit is het net een kamer. Boven in de boom zit een boomhut.
Er staat zelfs een bar in en koelkast met tap.
Er zijn lichtjes opgehangen, en zelfs een kroonluchter.
Vanuit een andere boom is een zip line gespannen die Ryan wel eens uit wil proberen.
Op het eind moet je er snel vanaf springen om niet tegen een andere boom aan te knallen.
4 Comments:
Dat is balen zeg van die pech met de auto !
Wat een gave boom in die tuin, geweldig met die kroonluchter erin !
Die zip line is super, maar wel eng. Heb jij daarin gedurfd? Ik ben wel benieuwd hoe het met de auto is afgelopen - ik zag je status op FB, en vroeg me al af hoe dat zat...
Hopelijk was er niets duurs met de auto. Wat grappig, zo'n kamerboom. Lijkt me leuk om onder te zitten.
Dixiechick; nee, ik heb die zip line niet geprobeert. Het was me te hoog, en op het einde eraf springen voordat je de boom raakt trok me ook niet.
Een reactie posten
<< Home